"Onze vereniging is bedoeld voor iedere werkgever in het goederenvervoer. Je hebt het dan voornamelijk over bedrijven in het wegtransport en dat gaat van eenmanszaak tot mondiaal opererende ondernemingen. Grote bedrijven die zelf hun goederentransport regelen, zijn vaak aangesloten bij de EVO," vertelt regiomanager Peter van der Bilt. Momenteel zijn zo'n zevenduizend vervoerders aangesloten bij de vereniging en dat is ongeveer zestig procent van de actieve ondernemingen. Transport en Logistiek komt op voor de belangen van de hele bedrijfstak en is gesprekspartner voor de verschillende overheden, maar ook steunpilaar en adviseur voor de individuele ondernemer. "Op individueel vlak is er onderscheid te maken in drie soorten dienstverlening. We geven allereerst algemene informatie over eenvoudige zaken zoals bijvoorbeeld aan welke eisen een vrachtwagen in Tunesië moet voldoen of het boetesysteem in Frankrijk. Vragen die dieper gaan, worden door onze medewerkers op de regiokantoren beantwoord. Daarnaast kun je denken aan vraagstukken waar heel specialistische kennis voor nodig is. Daar hangt wel een prijskaartje aan en die vragen worden doorgegeven aan ons hoofdkantoor in Zoetermeer," zegt Van der Bilt.

Beleid formuleren
Naast de diensten voor individuele ondernemers is Transport en Logistiek vooral belangenbehartiger voor de bedrijfstak. Een belangrijk punt daarin zijn de periodieke CAO-onderhandelingen. Peter van der Bilt vertelt: "In onze branche vormen de personeelskosten bijna de helft van de totale kosten. Een loonstijging van twee procent is wezenlijk voor elk transportbedrijf. De lonen mogen dus niet al te sterk stijgen. Het is overigens niet zo dat we het beroep van chauffeur niet op waarde weten te schatten, want het is een zwaar vak dat juist goed beloond moet worden," aldus Van der Bilt. Een belangrijke plaats binnen Transport en Logistiek nemen de beleidsmedewerkers in. Op Europees, landelijk, provinciaal en regionaal niveau volgen zij nauwgezet de ontwikkelingen op transportgebied. Ed van de Meerendonk is regionaal beleidsmedewerker en vertelt: "Sinds enige tijd worden de bevoegdheden in Nederland steeds verder gedecentraliseerd. De provincie Noord-Brabant krijgt bijvoorbeeld steeds meer taken en moet dus beleid formuleren. We zijn al regelmatig gevraagd om daarover mee te denken. Actuele thema's op provinciaal niveau zijn de bereikbaarheid van binnensteden en bedrijventerreinen, maar ook de inrichting van het lokale wegennet. " In West-Brabant is de aanleg van de Zoomweg bij Bergen op Zoom een 'hot item'. "Het valt samen met de verbreding van de A16. Als dat kleine stukje snelweg was aangelegd, zou de verbinding Rotterdam ' Antwerpen niet enkel via de A16 lopen, maar ook via Bergen op Zoom. Je had daarmee veel minder verkeer op de A16 gehad. Een klein stukje snelweg lost dan een hoop problemen op. Het zijn die slimme oplossingen waarnaar wij streven, " aldus Van de Meerendonk.

Geen asfaltboeren
Veel lezers van dit artikel denken bij wegvervoer vaak snel aan de Nederlandse fileproblematiek. "We zijn echt geen asfaltboeren zoals we soms genoemd worden, " ontkracht Van de Meerendonk meteen. "Slimme oplossingen moeten het verschil maken. Denk aan busbanen die nauwelijks gebruikt worden. Als je die openstelt voor vrachtverkeer, los je daarmee al weer een deel van de verkeersopstoppingen in binnensteden op," aldus Van de Meerendonk die daarmee indirect een ander logistiek probleem aansnijdt: de venstertijden van veel Nederlandse steden. "Vrachtwagens mogen vaak alleen maar tussen zes en elf uur 's ochtends de binnenstad in. Ze zitten daardoor vaak noodgedwongen in die ochtendfile en het is verder vervelend dat er geen eenduidig beleid van de verschillende steden is. Met een beetje afstemming hou je het werkbaar, " weet collega Van der Bilt die daarmee alweer een andere mogelijke filevermindering aandraagt. Toch geloven de beide heren van Transport en Logistiek niet dat het fileprobleem oplosbaar is. "Kijk 's morgens eens om je heen in de file. Er staan nauwelijks vrachtwagens, maar vooral personenwagens voor woon-werkverkeer. Elke vakantie is het fileprobleem ook weer tijdelijk opgelost. Er zal een mentaliteitsverandering moeten komen en of dat gebeurd is maar de vraag," zegt Van de Meerendonk.

Logistiek concept
Transport en Logistiek verwacht dat het wegvervoer de komende jaren alleen maar zal toenemen. "Als de economie met een procent groeit, neemt het wegvervoer met twee procent toe. Veel goederen moeten over de weg vervoerd blijven worden. Een oplossing voor het vervoer van veel bulkgoederen kan de aanstaande Betuwelijn of de binnenvaart zijn, maar hoogwaardige producten die werkelijk gedistribueerd worden, zullen echter met het wegverkeer moeten worden vervoerd," zegt Van der Bilt. Voor ondernemers in de transport is er voldoende uitdaging voor de toekomst. "Je moet een logistiek concept neerzetten, waarbij je activiteiten aan de huidige diensten toevoegt. Denk aan voorraad aanhouden, verpakken of klantklaar maken. Transporteurs moeten steeds meer naar zich toetrekken," zegt Van de Meerendonk. "Er liggen genoeg kansen. Nederland is ook nog steeds een echt transportland. Op de Europese ranglijsten zie je ons land vooraan. Binnen een paar jaar komt het Oostblok bij de Europese Unie. Veel Nederlandse transporteurs zijn daar al druk bezig zich te vestigen. Dat is een prima ontwikkeling," besluit Van der Bilt.

Veilig op weg
In het landelijk project 'Veilig op weg. Zorg dat je gezien wordt!' geven transportondernemers op vrijwillige basis les aan kinderen op de basisschool, zodat ze veilig en bewust kunnen omgaan met vrachtwagens in het verkeer. Doel ervan is hun verkeersveiligheid voor nu en voor straks te vergroten.

Werkbare regelgeving
Jan Landa van Heeren Transport Roosendaal is lid van het regiobestuur van Transport en Logistiek Nederland en neemt daarnaast nog zitting in de sociale commissie. "Onze functie als vertegenwoordigers van de transportbranche is in Nederland belangrijk. We geven signalen af en moeten ervoor zorgen dat onze leden met een werkbare regelgeving te maken hebben. Het is de kunst om met een eensluidend standpunt bij de overheid aan te komen," aldus Landa die verder vertelt over de wisselende successen. "Het ene moment krijg je meer voor elkaar dan het andere. Is ook niet zo vreemd, want de overheid moet natuurlijk ook laveren tussen onze wensen en die van andere partijen." Landa is als lid van de sociale commissie ook betrokken bij de periodieke CAO-onderhandelingen. "We zijn min of meer een denktank waarin we de wensen uit de praktijk proberen te kanaliseren. Als transporteurs moet je ook op het vlak van arbeidsvoorwaarden een heldere visie hebben," besluit Landa.