Gedeeltelijk arbeidsgehandicapten, langdurig werklozen, allochtonen en ouderen
vinden vaak via uitzendwerk een vaste baan. Zij ervaren de drempel om werk te
zoeken via een uitzendonderneming als laag. Dat blijkt uit onderzoek van de ABU
(Algemene Bond Uitzendondernemingen) onder uitzendkrachten die in 2001 werkten
voor een uitzendbureau. Het onderzoek is uitgevoerd door het Ecorys NEI.
Vorig jaar werkten naar schatting 725.000 mensen als uitzendkracht. 23 Procent
van alle uitzendkrachten was of (gedeeltelijk) arbeidsgehandicapt, langdurig
werkloos, allochtoon of ouder dan 45 jaar. Dat betekent dat bijna 170.000
uitzendkrachten behoorden tot een zogenaamde doelgroep. Een jaar eerder
behoorde nog 18 procent tot een doelgroep; daarmee steeg het aantal
doelgroepers dat via de uitzendbranche een baan vond met meer dan 32.000, ofwel
bijna 35 procent.
Met name ouderen, arbeidsgehandicapten en allochtone uitzendkrachten vonden in
2001 vaker via de uitzendbranche werk. In totaal leverde de branche werk aan
58.000 ouderen, aan 21.750 gehandicapten en aan bijna 95.000 allochtonen.
Hoewel er meer allochtonen aan de slag konden, hebben zij tegelijkertijd het
meest gemerkt van de slechtere arbeidsmarktontwikkelingen eind 2001, waarbij
de banengroei terugliep en de groei van het aantal vacatures daalde. Vaker dan
de overige doelgroepen hadden zij aan het eind van het jaar geen werk meer.
De mindere arbeidsmarktontwikkelingen lijken nog geen einde te bereiken. Terwijl
de jongste werkloosheidcijfers van het CBS een stijgende trend vertonen, neemt
de spanning op de arbeidsmarkt af en lijkt er een afgenomen personeelsbehoefte
te ontstaan. Deze ontwikkelingen maken dat de ABU zeer kritisch staat tegenover
de kabinetsvoornemens om stimuleringsmaatregelen af te schaffen voor mensen met
een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. De Spak en de VLW zijn daarbij de
bekendste maatregelen.
Een uitzendbaan is laagdrempelig en biedt zowel de uitzendkracht als de
opdrachtgever de mogelijkheid kennis te maken met de ander, zonder al te veel
verplichtingen. Voor bemiddeling van hen die een zekere afstand hebben tot de
arbeidsmarkt blijkt dit een zeer succesvolle formule. Wanneer het kabinet denkt
dat de uitzendbranche deze functie kan blijven vervullen zonder financiële
prikkels, miskent de regering de werking van de arbeidsmarkt. Juist mensen met
een grotere afstand tot de arbeidsmarkt vinden makkelijker een baan via de
uitzendbranche. Bovendien zijn de risico's die uitzendondernemingen lopen op het
gebied van ziekte en arbeidsongeschiktheid voor deze groepen erg hoog. Wanneer
deze kosten allemaal op de schouders van de intermediairs drukken, kan de
regering niet verwachten dat de uitzendbranche even laagdrempelig blijft.
Selectie aan de poort is dan een risico waar serieus rekening mee moet worden
gehouden.