Functioneren winkelgebied is bepalend voor succes bedrijfsvoering
NVM BOG presenteert marktonderzoek onder winkeliers in zestig gemeenten
De vakgroep Bedrijfs Onroerend Goed van de NVM heeft de afgelopen maanden één van
de grootste landelijke winkelmarktonderzoeken gehouden. Doel van het onderzoek is meer inzicht
krijgen in wat winkeliers en detailhandelsbedrijven vinden van het vestigingsklimaat in de
binnensteden en stadsdeelcentra van Nederland. Het onderzoek werd verricht in het kader van
het Nationaal Vastgoed Debat dat als thema droeg: 'De binnenstad binnenstebuiten'.
De vakgroep Bedrijfs Onroerend Goed wil de discussie over de leefbaarheid van de steden
aanzwengelen. De resultaten van het winkelmarktonderzoek bieden voldoende aanknopingspunten
om op lokaal niveau het detailhandelsbeleid te verbeteren. NVM-bedrijfsmakelaars willen
gemeenten en marktpartijen (zoals ontwikkelaars en beleggers), daar waar knelpunten zijn,
de helpende hand bieden bij herontwikkeling van binnenstedelijk gebied. Het onderzoek heeft
zich gericht op zestig grootste winkelsteden en tien stadsdeelcentra. In opdracht van de
vakgroep Bedrijfs Onroerend Goed is het onderzoek uitgevoerd door Strabo. Meer dan
tweeduizend winkeliers hebben er aan meegewerkt.
Beoordeling gemeentelijk beleid
Over het algemeen zijn winkeliers in de binnensteden gematigd in hun beoordeling: de
gemiddelden schommelen tussen rapportcijfers 5 en 7. Het beleid ten aanzien van de
openingstijden wordt het beste beoordeeld (7,1). De kwaliteit van het winkelaanbod en de
winkelvariatie worden door de winkeliers ook redelijk beoordeeld (rapportcijfers respectievelijk
6,5 en 6,3). Een veel gehoord argument is dat binnensteden steeds meer op elkaar lijken door de
sterke filialisering. Aspecten die volgens de winkeliers in aanmerking komen voor verbetering
zijn het parkeertarief (4,7), de parkeergelegenheid (5,7) en de promotieactiviteiten (5,7).
Opvallend is dat respondenten in de stadsdeelcentra een positiever oordeel vellen over het
gemeentelijke detailhandelsbeleid dan respondenten in de binnensteden. Dit geldt in het
bijzonder voor het parkeertarief, de parkeergelegenheid en het beheer van de openbare ruimte.
Vestigingsklimaat
Tweederde van de winkeliers is tevreden met de huidige locatie. Een vijfde deel is echter
ontevreden. Een goede bereikbaarheid en voldoende parkeermogelijkheden zijn hierbij belangrijke
voorwaarden. Winkeliers die zelf eigenaar zijn van hun pand, zijn vaker tevreden dan winkeliers
met een huurpand. Daarnaast geldt over het algemeen hoe groter het pand, des te groter de
tevredenheid. Filiaalbedrijven en franchisers zijn doorgaans positiever over de toekomst van
hun winkelgebied dan zelfstandige winkeliers. Naast de vraag om betere parkeervoorzieningen
noemen de winkeliers zaken als 'meer promotie' en 'meer variatie in het winkelaanbod' als
belangrijke aandachtspunten.
Economische ontwikkeling
Ongeveer de helft van de winkeliers profiteert van de economische opleving. Filiaalbedrijven
profiteren hier over het algemeen sterker van dan zelfstandige winkeliers. Een meerderheid
van de respondenten ondervindt een negatieve invloed van de euro. Driekwart van de ondervraagden
geeft aan dat de euro van invloed is geweest op het koopgedrag van consumenten. Zij zijn volgens
hen prijsbewuster geworden door de euro.
Kansen en bedreigingen
Specialisatie, de aantrekkende economie en de verkoop via internet worden als kansen voor een
succesvolle bedrijfsvoering ervaren. Respondenten achten de aanwezigheid van grote bekende
ketens belangrijk voor het trekken van consumenten. Veel winkeliers vinden het functioneren
van het hele winkelgebied bepalend voor het succes van hun eigen bedrijfsvoering. Bedreigingen
zijn toenemende branchevervaging, eenzijdig winkelaanbod, stijgend huurprijsniveau, leegstand,
slechte bereikbaarheid, onvoldoende parkeergelegenheid, het gemeentebeleid en concurrentie van
perifere centra. Een aspect dat vaak als kans, maar soms ook als bedreiging wordt genoemd, is het
internet. Van de winkeliers met een bedrijfswebsite ziet ruim de helft het online kanaal als
versterking van de bedrijfsvoering.
|