Herziening regime fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting
Zoals u wellicht heeft vernomen, is met ingang van 1 januari 2003 het nieuwe regime fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting in werking getreden. De wijzigingen ten opzichte van het voorheen geldende regime zijn vooral wetstechnisch van aard. Gezien het aantal wijzigingen en de complexiteit hiervan is het vrijwel onmogelijk u hier in dit kader volledig van op de hoogte te stellen. Toch zouden we graag de recente wetswijzigingen aan willen grijpen om u te wijzen op de mogelijkheden, die de fiscale eenheid kan hebben voor u als ondernemer.
Mr. Marco Vermeulen, PricewaterhouseCoopers N.V.
Een fiscale eenheid houdt in dat slechts de houdstermaatschappij aangifte vennootschapsbelasting hoeft te doen en belasting afdraagt voor haarzelf en haar gevoegde dochtervennootschappen. Met andere woorden: de dochtervennootschappen "verdwijnen" derhalve voor de heffing van vennootschapsbelasting.
Het grote voordeel van een fiscale eenheid blijft uiteraard de mogelijkheid om verliezen van een gevoegde vennootschap binnen het jaar te verrekenen met winsten van een andere vennootschap. Tevens blijft het mogelijk om vermogensbestanddelen van een maatschappij naar een andere over te brengen, zonder dat de overdracht direct fiscale consequenties heeft. De fiscale eenheid blijft voorts een geschikt middel om vanuit een eenmanszaak of een vennootschap onder firma de onderneming in een besloten vennootschap onder te brengen en aansluitend een houdsterstructuur te creëren. Ook onder het nieuwe regime fiscale eenheid blijven deze voordelen in stand.
Niettemin kent het vormen van een fiscale eenheid tussen vennootschappen ook enkele nadelen. Zo zullen alle investeringen van de vennootschappen worden opgeteld voor de bepaling van de investeringsaftrek, waardoor een lager percentage aan investeringsaftrek in aanmerking kan worden genomen. Verder wordt er in geval van een fiscale eenheid slechts eenmaal geprofiteerd van het lage vennootschapsbelastingtarief van 29% voor de eerste € 22.689 belastbare winst.
Er zijn enkele opmerkelijke verschillen tussen het nieuwe regime, zoals dit sinds 1 januari 2003 geldt, en het oude regime. Over het algemeen wordt hiermee bereikt dat het vormen van een fiscale eenheid minder afstuit op formele bepalingen en vereisten.
Oud regime
Voorheen gold dat de fiscale eenheid pas kon worden aangegaan of uitgebreid aan het begin van het boekjaar volgend op het moment dat voldaan werd aan alle voorwaarden voor het tot stand komen van de fiscale eenheid. Men had in dat geval tot het einde van dat boekjaar de tijd om de fiscale eenheid met terugwerkende kracht aan te vragen. Indien er een nieuw opgerichte dochtermaatschappij met ingang van oprichting in de fiscale eenheid werd gevoegd, had men zelfs 15 maanden de tijd om het verzoek bij de Belastingdienst in te dienen.
Tevens moest de moedermaatschappij in het verleden ten minste 99% van de aandelen in de dochtermaatschappij bezitten en kon de dochtervennootschap op basis van de wettekst in beginsel slechts een Nederlandse besloten of naamloze vennootschap zijn.
Nieuw regime
In het nieuwe regime geldt dat, mits aan de voorwaarden wordt voldaan, op ieder gewenst tijdstip een fiscale eenheid kan worden aangegaan. Dit betekent dat ook gedurende het lopende boekjaar een fiscale eenheid kan worden gevormd en uitgebreid.
Van belang hierbij is dat het verzoek hiertoe uiterlijk 3 maanden na het gewenste voegingstijdstip moet zijn ingediend. De termijn voor het indienen van het verzoek is derhalve aanzienlijk ingekort. Deze driemaandstermijn geldt ook voor de voeging van nieuw opgerichte vennootschappen.
Hoewel het dus een voordeel is dat in het nieuwe regime ook een aangekochte vennootschap direct kan worden gevoegd, dient er rekening mee gehouden te worden dat het verzoek daartoe binnen drie maanden na aankoop of oprichting van een vennootschap moet worden gedaan.
Vanaf 2003 hoeft de moedermaatschappij slechts 95% van de aandelen in de dochtermaatschappij te bezitten, hetgeen een versoepeling betekent ten opzichte van het oude regime. Dit is gedaan om te voorkomen dat in gevallen van werknemersparticipaties een fiscale eenheid zou worden verbroken, indien een werknemer opties heeft verkregen op aandelen in een fiscaal gevoegde dochtermaatschappij, of indien er opties op een deel van de aandelen worden uitgeschreven.
Afsluiting
Het nieuwe regime fiscale eenheid lijkt al met al een redelijk goede verbetering ten opzichte van het oude regime. In ieder geval zijn de mogelijkheden om een fiscale eenheid te vormen over het algemeen toegenomen, hoewel per situatie moet worden bekeken of de veranderingen een positief effect kunnen hebben.
|