Bij testament kan men iemand benoemen tot erfgenaam. De erfgenaam volgt de overledene op
in het geheel van diens bezittingen én schulden dan wel in een breukdeel daarin. Men kan
iemand ook een legaat nalaten en de bevoordeelde - de legataris - aldus aanspraak geven op
afgifte van een som geld of een bepaald goed uit de nalatenschap.
De wet biedt voorts de mogelijkheid om aan de erfgenaam of de legataris bij testament een
last op te leggen, een bijzondere verplichting waar geen recht tegenover staat. Bijvoorbeeld
de last om de geërfde som geld te besteden aan studie, de last om de geërfde kunstvoorwerpen
eens in de zoveel tijd op bepaalde wijze ten toon te stellen, de last om regelmatig een
Heilige Mis ter nagedachtenis aan de overledene te doen lezen of de 'last' om jaarlijks
een heildronk uit te brengen op de overledene. Voorbeelden te over. Niemand kan echter
nakoming van dit soort testamentaire lasten afdwingen, ook niet degene die met de last
wellicht bevoordeeld wordt. Wel kan het niet nakomen van lastverplichtingen voor de betrokken
erfgenamen of legatarissen nare gevolgen hebben. Zolang de last niet is uitgevoerd, worden zij
namelijk beschouwd als voorwaardelijk erfgenaam of legataris. Zij erven onder de ontbindende
voorwaarde, dat het erfgenaamschap of het legaat door de rechter vervallen wordt verklaard
wegens niet-uitvoering van de last. Dit is de enige wettelijke stok achter de deur. Wie kan
de rechter de vervallenverklaring verzoeken? Alleen zij die een onmiddellijk belang hebben
bij de vervallenverklaring. Met name dus degene die erfgenaam zal zijn indien het
erfgenaamschap van de lastplichtige vervalt dan wel de erfgenaam die het vervallen
verklaarde legaat niet hoeft af te geven. De last kan dus een nuttig middel zijn om
uw bijzondere wensen iets meer kracht bij te zetten.