Alhoewel de economie aantrekt wordt er bij veel bedrijven nog steeds gereorganiseerd. Voorheen werd daarbij het zogenaamde Lifobeginsel toegepast waarbij de laatst ingekomen werknemer het veld moest ruimen ten opzichte van een werknemer die langer in dienst was. Probleem hiervan was dat de mogelijkheid bestond dat er een vergrijzing van het personeelsbestand ontstond. Mede daarom werd bij grotere organisaties al regelmatig het zogeheten afspiegelingsbeginsel toegepast waarbij deze vergrijzing getracht werd te voorkomen. Bij een reorganisatie dient thans en wel sedert 1 maart 2006 het afspiegelingsbeginsel te worden toegepast. Daarmee moet het totale personeelsbestand van de gehele bedrijfsvestiging worden verdeeld in uitwisselbare functies. De werknemers moeten worden onderverdeeld in vijf leeftijdsgroepen te weten van 15 t/m 24 jaar, 25 t/m 34 jaar, 35 t/m 44 jaar, 45 t/m 54 jaar en 55 jaar en ouder. Vervolgens moet binnen deze leeftijdsgroepen gekeken worden naar het aantal dienstjaren, zodat binnen de vijf hierboven genoemde groepen tot een evenredige afspiegeling/reorganisatie kan worden gekomen.

De nieuwe regeling roept niet alleen een groot aantal vragen op, maar is ook in een aantal specifieke gevallen complex. Daarenboven zijn er een aantal gevallen waarin afwijking van het afspiegelingsbeginsel tot de mogelijkheden behoort, bijvoorbeeld in het geval er sprake is van een werknemer die in feite onmisbaar is voor de organisatie. Ook is de (peil)datum wezenlijk welke moet worden gehanteerd bij de toepassing van het afspiegelingsbeginsel.

Waar derhalve beoogd was om werkgevers tegemoet te komen roept de nieuwe regelgeving veel vragen op. Het is daarom zaak om zeer zorgvuldig en nauwgezet tot een toepassing van deze nieuwe regelgeving te komen en U zonodig op voorhand deskundig te laten adviseren.