Met enige regelmaat heb ik te maken met de statuten van vennootschappen. Wat mij daarbij opvalt is dat de statuten vaak bij de
oprichting worden vastgesteld en dat er dan jaren niet naar wordt omgekeken.
De statuten van een vennootschap zijn als de grondwet voor een land. De statuten regelen de verhoudingen tussen de aandeelhouders
onderling en die tussen de aandeelhouders, het bestuur en eventueel andere organen, zoals de Raad van commissarissen. Daarnaast
worden ook de activiteiten van de vennootschap in statuten vermeld als haar doel.
Het woord 'statuten' klinkt statisch maar zijn (als het goed is) te vergelijken met een op maat gemaakt pak voor de vennootschap.
Zoals met het maatpak is er ook bij statuten altijd sprake van een zekere invloed van de mode. En de mode verandert. In de afgelopen
jaren zijn in de wetgeving, jurisprudentie en literatuur tal van zaken aan de orde geweest, die maken dat we tegenwoordig anders tegen
(de inhoud van) statuten aan kijken dan een aantal jaren geleden.
Dit kan reden zijn om eens in de spiegel te kijken of de statuten nog passen bij deze tijd. De directeur of aandeelhouder die zich
afvraagt wat nu zijn rechten zijn bij statuten van een jaar of 20 geleden, moet deze tegen het licht houden van de recente wet en
jurisprudentie van deze tijd.
Zo wordt tegenwoordig in de statuten een regeling opgenomen voor vertegenwoordiging als de directeur ook bijvoorbeeld als
aandeelhouder bij de vennootschap is betrokken en daarmee handelt (tegenstrijdig belang), de mogelijkheid om winst te reserveren,
de mogelijkheid om tussentijds dividend (winst) uit te keren.
Daarom is het van belang om statuten up to date te houden. Dan voorkomt u ook nare verrassingen bij (her)financieringen of onenigheid
binnen de organisatie.