Hoewel het Nederlandse rechtssysteem meer en meer onder de invloed raakt van het Amerikaanse systeem en de rechtzoekende geneigd
is een aantal aspecten daarvan over te nemen, heeft het systeem van de resultaatgerelateerde beloning (ook wel bekend als "no cure
no pay) tot voorkort geen voet aan de grond gekregen.
Na uitgebreide discussies heeft de Nederlandse Orde van Advocaten onlangs de deur opengezet voor de invoering van het "no cure no
pay'-beginsel, zij het met de beperking dat dit alleen voor personenschades (opgelopen bij bijvoorbeeld een auto-ongeluk, een
bedrijfsongeval, of het gevolg van een medische fout) gold.
Hoewel de invoering van de nodige waarborgen is voorzien, bestaat het risico dat de benadeelde uiteindelijk een deel van de geleden
schade niet vergoed krijgt, omdat een percentage moet worden afgedragen aan degene die de juridische bijstand heeft verzorgd. Dit
moet naar mijn oordeel worden voorkomen.
Ik acht het zuiverder wanneer de benadeelde in goed overleg met zijn advocaat (een advocaat, die lid is van de Vereniging van
Letselschade Zaken LSA strekt tot aanbeveling) de proceskansen inschat, alsmede de daarmee samenhangende kosten, zoals in feite
bij elke procedure dient te gebeuren.
De Minister van Justitie Donner heeft onlangs kenbaar gemaakt, dat hij stappen wil zetten om te komen tot een verbod van het werken
tegen een resultaatgerelateerde beloning, waarmee alle commotie naar het lijkt over dit onderwerp achteraf niet meer is geweest dan
een storm in een glas water.