Echtscheiding en de directeur-grootaandeelhouder
PricewaterhouseCoopers verzorgt in 'de Ondernemer' een fiscale vragenrubriek. PricewaterhouseCoopers is een wereldwijd toonaangevende organisatie op onder meer
het gebied van accountancy en belastingadvies. De vestigingen in Bergen op Zoom en Breda dragen zorg voor de inhoud van deze maandelijkse rubriek. Mr. Rick
Mijnsbergen en Mr. Marco Vermeulen zullen uw vragen persoonlijk beantwoorden. Vragen kunt u richten aan: 'de Ondernemer', Postbus 3805, 4800 DV Breda. Voor
actueel belastingnieuws: www.belasting.nl
Mr. Marco Vermeulen, PricewaterhouseCoopers N.V.
Vraag: Mijn echtgenote en ik gaan scheiden. Ik ben ondernemer en heb in de afgelopen jaren een succesvol bedrijf (B.V.) opgebouwd. De aandelen in de B.V. staan
alleen op mijn naam. Ik vroeg mij af of een echtscheiding nog inkomstenbelastinggevolgen heeft met betrekking tot mijn onderneming. Kunt u mij hierover meer vertellen?
Wanneer je wordt geconfronteerd met een echtscheiding spelen vele zaken een rol en sta je er vaak niet bij stil dat aan een echtscheiding mogelijkerwijs ook fiscale aspecten
kleven. Toch is het goed om de fiscale kant niet uit het oog te verliezen. Bij een echtscheiding is de eerste vraag die aan de orde komt, of men op huwelijkse voorwaarden dan
wel in gemeenschap van goederen is gehuwd.
Huwelijksgoederenregime
Men kan in hoofdzaak drie vormen van huwelijksgoederenregime onderscheiden. Ten eerste de algehele gemeenschap van goederen. Ieder van de echtelieden heeft in dat geval
recht op de helft van het vermogen van de gemeenschap. De aandelen in de besloten vennootschap vallen eveneens in de gemeenschap, waardoor de echtgenote van de ondernemer
recht heeft op de helft van de aandelen. Indien men huwelijkse voorwaarden heeft opgemaakt, kan men grofweg twee situaties onderscheiden, namelijk huwelijkse voorwaarden
waarbij elke gemeenschap wordt uitgesloten (koude uitsluiting) en huwelijkse voorwaarden met een verrekenbeding. Ingeval van koude uitsluiting wordt elke goederengemeenschap
tussen de echtelieden uitgesloten en kan de echtgenote geen aanspraak maken op een deel van de aandelen. Bij een verrekenbeding dient de waardestijging van het vermogen bij
het einde van het huwelijk te worden verrekend. De echtgenote heeft derhalve recht op de helft van de waardestijging van de aandelen.
Gemeenschap van goederen
Indien u in gemeenschap van goederen bent gehuwd, bent u beiden gezamenlijk gerechtigd tot de aandelen in de B.V. Dat de aandelen formeel op uw naam staan doet daar niets
aan af. Indien het wenselijk is dat u na de echtscheiding alle aandelen in de B.V. krijgt, kan dat. In dat geval verkrijgt u meer aandelen dan waar u eigenlijk recht op heeft.
Er vindt derhalve een overbedeling plaats. De schuld die u daardoor aan uw echtgenote krijgt, kunt u aflossen door aan haar andere vermogensbestanddelen toe te delen, danwel
door een lening bij de bank of bij uw echtgenote aan te gaan. De rente die u op deze lening betaalt, is aftrekbaar in box 2 (tarief 25%). Bij uw echtgenote wordt de vordering
op u in box 3 in de heffing betrokken (effectieve heffing van 1,2% over de gemiddelde waarde van de vordering). Indien u meer aandelen krijgt toebedeeld dan waarop u recht heeft,
wordt dit voor uw echtgenote voor de heffing van de inkomstenbelasting aangemerkt als een vervreemding van de aandelen, waarover in beginsel 25% inkomstenbelasting is verschuldigd.
Heffing van de inkomstenbelasting vindt plaats over het verschil in de waarde in het economisch verkeer ten tijde van echtscheiding en de verkrijgingsprijs van de aandelen.
Een uitzondering geldt wanneer de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap binnen twee jaar na de ontbinding van de huwelijksgemeenschap plaatsvindt en aan een aantal
overige voorwaarden wordt voldaan. Wanneer aan alle voorwaarden wordt voldaan, leidt uw echtscheiding niet tot heffing van inkomstenbelasting over de aandelen in de B.V. Van belang
is echter nog wel dat een latente inkomstenbelastingclaim (25%) op de aandelen rust. Dit is de belastingclaim die is opgebouwd over de meerwaarde van de aandelen. Deze claim wordt
voor 50% door uw echtgenote aan u meegegeven met de aandelen. Wanneer de aandelen in de toekomst te gelde worden gemaakt, wordt deze inkomstenbelastingclaim acuut. Bij de waardering
van de aandelen die bij de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap aan u worden toegerekend, wordt de latente inkomstenbelastingclaim vanzelfsprekend in mindering gebracht op
de waarde van de aandelen. Hierdoor wordt de overbedelingsschuld aan uw echtgenote lager.
Koude uitsluiting of een verrekenbeding
De fiscale consequenties met betrekking tot de onderneming ingeval van koude uitsluiting en ingeval van huwelijkse voorwaarden met een verrekenbeding zijn hetzelfde en worden daarom
gezamenlijk behandeld. In beide gevallen blijven de aandelen, die op uw naam staan, ook na de echtscheiding in uw bezit. In beginsel is dan ook geen sprake van een vervreemding van
aandelen waarover inkomstenbelasting is verschuldigd. Ingeval u onder huwelijkse voorwaarden met een verrekenbeding bent gehuwd, kan echter wel een overbedelingsschuld aan uw echtgenote
ontstaan ter zake van de (helft van de) waarde van de aandelen. Voor de fiscale behandeling van de rente over deze schuld, wordt verwezen naar het voorgaande. Ook al is dit niet altijd
gewenst, kan het voorkomen dat de overbedelingsschuld aan uw echtgenote alleen afgelost kan worden door overdracht van (een deel van) de aandelen in de B.V. Dit als een vorm van betaling.
Dit is echter een vervreemding van aandelen, waarover u inkomstenbelasting bent verschuldigd. Deze bedraagt 25% over het verschil tussen de waarde in het economische verkeer ten tijde van
echtscheiding en de verkrijgingsprijs. Hiervoor geldt geen uitzondering zoals hiervoor omschreven bij de afwikkeling van de gemeenschap van goederen- en dient derhalve daadwerkelijk te
worden afgerekend.
Tot slot
De afwikkeling van een echtscheiding kan voor ondernemers zeker fiscale gevolgen hebben. Het is dan ook raadzaam behalve een advocaat ook steeds een belastingadviseur te raadplegen om te
voorkomen dat toebedeling van de onderneming gepaard gaat met forse belastingaanslagen.
|