Port Council maakt zich hard voor gezonde haven
Het economisch belang van de Zeeuwse havens voor de provincie is groot. De havens, in 2003 goed voor een totale overslag
van 28 miljoen ton, zorgen voor maar liefst een kwart van de werkgelegenheid in Zeeland. Begrijpelijk dat het betrokken
bedrijfsleven het goed functioneren van de haven van het grootste belang acht en zich heeft verenigd in het Port Promotion
Council Zeeland.
Voorzitter Hans Plasse.
Het Port Promotion Council Zeeland (PPCZ) werd in 2000 opgericht en verenigt inmiddels zo'n negentig bedrijven die -direct of
indirect- belang hebben bij een sterke positie van de Zeeuwse havens. Niet alleen grote concerns als DOW Chemical en Total
hebben zich aangesloten bij PPCZ, maar ook tal van kleinere bedrijven, zoals cargadoors, stuwadoors, transportbedrijven, banken,
advocatenkantoren, hotels en uitzendbureaus.
Doelstelling van het council is, aldus voorzitter Hans Plasse: 'het bevorderen van de instandhouding en de uitbreiding van de
havens en het ondernemersklimaat in de havengebieden.'
Werkgelegenheid
Belangrijke voorwaarde voor het goed functioneren van de havens is het voorhanden zijn van voldoende arbeidskrachten.
Bovendien is het belang van de Zeeuwse havens voor de economie groot: elke arbeidsplaats in de haven levert buiten de haven
twee arbeidsplaatsen op. Desondanks heeft het werk in de haven vaak een negatief imago, zegt voorzitter Plasse: 'Als het grote
publiek aan de havens denkt, wordt vaak gedacht dat het vervelend, ruw en laagopgeleid werk betreft, dat vaak ook nog 's nachts
gedaan moet worden. Dat is echter een buitengewoon achterhaald beeld. De havens bieden een kleurenpalet aan functies, van hoog
tot laag, en over een breed scala aan branches. We proberen dat op verschillende manieren aan het publiek te laten zien. Zo
organiseren we jaarlijks de Open Havendagen en hebben we contacten met scholen, waaraan we bijvoorbeeld gastdocenten en
stageplaatsen aanbieden.'
Reststoffen
Een ander speerpunt van PPCZ is het bevorderen van synergie tussen bedrijven. Zo worden momenteel de mogelijkheden van samenwerking
op het gebied van collectief personenvervoer en veiligheid onderzocht. Een ander terrein waar PPCZ zich sterk voor maakt, is het
hergebruik van afvalstoffen, legt Plasse uit. 'Momenteel bekijken we, samen met acht bedrijven, het havenschap en de werkgeversorganisatie
BZW, of het voor deze bedrijven interessant is om tot uitwisseling van reststoffen als afvalwater of pallets over te gaan. Helaas
zijn de huidige milieunormen vaak zo streng, sommige afvalstoffen mogen bijvoorbeeld niet eens het bedrijfsterrein verlaten, dat
wettelijk veel minder mogelijk is dan wij zouden willen.'
Samenwerking
Een onderwerp dat de volle aandacht heeft van de PPCZ is de samenwerking tussen de havens van de zogenaamde Rijn-Schelde-Delta.
Hieronder vallen de havens van Rotterdam, Antwerpen, Gent en de Zeeuwse havens. Plasse: 'De Noord-Duitse havens Hamburg, Bremen
en Bremerhaven gaan intensiever samenwerken, net als de Franse zeehavens. Ook binnen de Rijn-Schelde-Delta wordt meer en meer
samengewerkt. Zo sloot de Zeeuwse havenautoriteit samenwerkingsovereenkomsten met de havens van Gent en Rotterdam.' Intensievere
samenwerking lijkt dus voor de hand te liggen, maar er zijn ook tegenkrachten, aldus Plasse: 'Vanuit de Europese Commissie klinkt
juist een roep om meer concurrentie tussen de havens en ook binnen havens. Bovendien zijn er allerlei sentimenten, zoals tussen
de havens van Rotterdam en Antwerpen en over de Westerschelde tussen België en Nederland, die samenwerking tegengaan. In feite
valt er zoveel over dit onderwerp te zeggen, dat we er op 3 maart een mini-congres over organiseren.'
Congres
PPCZ organiseert ten behoeve van het bedrijfsleven en de havengemeenschap op 2 maart aanstaande om 14.00 uur in het Scheldetheater
te Terneuzen het mini-congres 'Samenwerking tussen zeehavens in de Delta'. Niet alleen de mogelijkheden tot samenwerking in de
Rijn-Schelde-Delta worden belicht, maar bijvoorbeeld ook de gevolgen ervan voor het betrokken bedrijfsleven.
Tijdens het eerste deel van het congres komt een aantal sprekers aan het woord, te weten de heer J.M. de Vet, partner van
onderzoeksorganisatie Ecorys/NEI en de heer R.H. de Boer, voorheen minister van Verkeer en Waterstaat en havenondernemer te
Rotterdam. Derde spreker is de voorzitter van de Kamer van Koophandel Antwerpen / Waasland. Het tweede deel van het congres
bestaat uit een forumdiscussie onder leiding van de heer L.A.H. Lonink, burgemeester van Terneuzen.
Geïnteresseerden kunnen contact opnemen met het secretariaat van PPCZ (telefoon 0118-491320 of info@ppcz.nl)
|