Zo las ik in BN De Stem van donderdag 14 juni 2007 onder de kop "Een kabinet van geboden en verboden". In geval van echtscheiding wordt het huwelijk ontbonden door inschrijving in de registers van de burgerlijke stand van een echtscheidingsbeschikking van de rechter.

Bij een flitsscheiding zetten partijen hun huwelijk eerst om in een geregistreerd partnerschap, waarna dit geregistreerd partnerschap bij de burgerlijke stand wordt beëindigd. De flitsscheiding gebeurt zonder rechterlijke tussenkomst. Ik heb wel horen zeggen dat het aldus in theorie mogelijk is om 's-ochtends te trouwen en 's-middags met een flitsscheiding weer uit elkaar te gaan. Op 12 juni jongstleden heeft de Tweede Kamer ingestemd met de "Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding".

Per de datum van inwerkingtreding (wanneer dat is, is thans nog niet bekend) zal artikel 1:77a van het Burgerlijk Wetboek worden afgeschaft, waardoor het niet meer mogelijk is om een huwelijk in een geregistreerd partnerschap om te zetten. Dit betekent het einde van de flitsscheiding. Of daar een andere vorm van administratieve scheiding buiten de rechter om voor in de plaats komt - wellicht door tussenkomst van een notaris, een advocaat of een mediator - is thans nog niet bekend. Wordt vervolgd dus.

Een andere belangrijke wijziging is overigens, dat na inwerkingtreding van genoemde wet een verzoek tot echtscheiding een ouderschapsplan zal moeten bevatten ten aanzien van minderjarige kinderen van wie de echtgenoten samen de ouder zijn. Ook ongehuwde ouders en geregistreerd partners zullen bij het einde van hun relatie een ouderschapsplan moeten opstellen.